Lieve lezers, alweer blog nummer twee; op een bepaald moment moet ik regelmaat gaan aanbrengen in wanneer ik een blogpost plaats, maar dat moment is er nu nog niet – nu kan ik me nog laten leiden door de momenten dat de inspiratie komt aanwaaien, en wanneer mijn muzen het laten afweten. Immers leest nu nog niemand dit; ik schreeuw in de leegte. Misschien gaat dat nooit veranderen, maar schrijven is zo ongeveer het beste wat je kan doen om iets achter te laten op deze wereld, dus verloren moeite is het sowieso niet.
Hoe dan ook – ik schrijf dit keer vanuit Ruinen. Het is een beetje een spontaan geplande vakantie, die toch al lang in de maak was omdat ik al geruime tijd op zoek was naar een vakantie waarop ik ongestoord zou kunnen lezen en schrijven en anderszins volledig mijn eigen gang zou kunnen gaan, en dat is er nu dan eindelijk van gekomen. Maar toch, het moment en de exacte locatie zijn pas vrij recent vastgelegd, en nu zit ik hier, na mij vanmiddag te hebben ingespannen om vijftien kilometer met tegenwind te fietsen en mezelf aan het einde van die fietstocht tegen te houden het rek met de soepstengels in de Plus leeg te kopen. Mezelf volgepropt hebbende met koolhydraten middels een groot bord spaghetti met mascarpone. Zit ik nu voor de stacaravan te schrijven, met een uitzicht op niets dan zich tot de horizon uitstrekkende weilanden en bomen waarvan de blaadjes ritselen in de wind. Dit zijn mijn huidige omstandigheden, en de omstandigheden die onderstaand geschrijf voortbrengen. Geniet ervan (of niet!); veel liefs van mij.
Leven
Een belangrijke kwestie die de laatste tijd met regelmaat de kop opsteekt is de vraag of ik wel genoeg geld heb. Welke luxe ik me wel en niet kan veroorloven; wanneer ik de financiële teugels moet aantrekken en wanneer ik ze kan laten vieren. Vrijwel niemand in mijn directe omgeving heeft een financiële situatie die vergelijkbaar is met die van mij, en dat maakt het moeilijk om mijn levensstandaard tegen een norm te ijken. Kan ik me dit vakantiehuisje met chemisch toilet waarin we het wc-papier niet mogen doorspoelen, maar in een vuilnisemmertje onder de wasbak moeten deponeren, eigenlijk wel veroorloven? Ik doe leuke dingen met mijn geld – ik ga vaak naar de bioscoop en ik ben al drie keer op vakantie geweest terwijl het jaar nog niet eens voor de helft voorbij is – maar hoe leuk is zoiets als een groot gedeelte van de tijd op gaat aan piekeren over of je dat vertier eigenlijk wel hebt verdiend?
Kan ik me dit vakantiehuisje met chemisch toilet waarin we het wc-papier niet mogen doorspoelen, maar in een vuilnisemmertje onder de wasbak moeten deponeren, eigenlijk wel veroorloven?
Ik heb nu een inzicht dat mij vertelt dat veel dingen die ik doe eigenlijk vallen onder de noemer ‘uitproberen’. Tot voor kort had ik nog nooit een horrorfilm in de bios gekeken, en was ik nog nooit alleen in een afgelegen vakantiehuisje geweest. En ik vraag me af: is deze levensfase, midden twintig, niet precies bedoeld om dingen uit te proberen, en is de exacte timing van het moment dat ik daar behoefte aan krijg, vlak na het begin van mijn werkende leven, niet eigenlijk heel logisch, aangezien ik voor het eerst sinds mijn studieperiode vrije tijd heb waar ik invulling aan wil en kan geven? Misschien moet ik een uitprobeerpotje aanleggen – een aparte spaarrekening waarnaar ik geld doorsluis dat ik nadrukkelijk reserveer om dingen te proberen, écht proberen – dus kijken of het wel of niet bevalt. Zodat ik na mijn dertigste gewoon weet wat ik leuk vind, en ik met een gerust hart mijn geld kan uitgeven.
Lezen
Ik heb vanochtend Middernachtskinderen uitgelezen. Ik heb het gevoel dat een boek uitlezen nooit op een handig moment gebeurt – het is altijd vlak voordat je een trein moet halen, je naar je werk moet of je ouders je ontbijt klaar hebben staan en je aan de eettafel wordt verwacht. Middernachtskinderen uitgelezen, dus; ik heb in één ruk de laatste tachtig pagina’s erdoorheen gejast, terwijl ik eerder na twintig pagina’s wel zo’n beetje het einde van mijn concentratieboog had bereikt. Ook dat is een zich terugkerend fenomeen bij het uitlezen van boeken – de laatste zit is altijd het meest productief. Nu moet ik wel bekennen dat ik eerder, zoals ik in de vorige post schreef, expres alle zinnen en frasen met een verhoogd bewustzijn las, en ik mezelf nu een veel hoger leestempo toestond. En hoewel dat volgens mij niet ten koste is gegaan van mijn begrip van het verhaal, zou het kunnen dat ik nu toch enkele van de woordspelingen, waar ik eerder gecharmeerd en verwonderd mijn blik op zou laten hangen, heb gemist. Maar dat was precies de afspraak die ik met mezelf maakte toen ik vanochtend met een lichte angst concludeerde dat ik maar zeer beperkt de tijd had: als ik niet zo traag kan lezen als eerder, lees ik het verhaal nu in elk geval uit, en onderwerp de tekst op een later ogenblik aan de nauwgezette analyse waar ik mijzelf eerder mee belastte. Met andere woorden: dit boek is misschien uit, maar het laatste woord is er nog niet over gezegd.
De observatie
Paneer maken! Volle melk koken, citroensap toevoegen tot de melk en de wei volledig gescheiden zijn, zeven in een neteldoek en met een gewicht erop in elk geval twee uur laten uitlekken. Ontzettend makkelijk en heel leuk om te doen – het klonteren van de melk voelt als iets magisch, en je maakt gewoon je eigen kaas! Heel lekker door dahl, curry of saag.
Schrijven
Ik voel een beetje weerstand om weer verder te gaan met het verhaal dat in de steigers stond. Ik geniet heel erg van de aanzetjes die we bij de schrijfcursus maken; niet allemaal zijn ze geslaagd, maar de meeste toch wel, en het verbaast me hoe goed het me lukt om in de luttele tien minuten die we krijgen om een fragment te schrijven mijn creatieve geest te openen. Meestal kom ik vol inspiratie de les weer uit – maar dat is dan altijd inspiratie om de fragmenten verder uit te werken en niet om mijn zelf-geïnitieerde project voort te zetten. Misschien komt dat binnenkort nog, maar het zou prima kunnen dat die motivatie nog veel langer op zich laat wachten. Overtuigd van de verhaalopzet ben ik in elk geval nog steeds, dus ik verwacht dat ik aan dat idee op een bepaald moment, op wat voor manier dan ook, wel gevolg zal geven.
Geef een reactie